Mijn gevecht tegen een eetstoornis
Mijn verhaal neemt mij in mijn gedachten mee terug naar toen ik nog een klein meisje was. Ik ervaarde het leven al vroeg als een grote uitdaging. Nu, vandaag de dag, weet ik dat ik autisme heb en dat ik hoogbegaafd ben, maar dat wist ik toen nog niet. Ik voelde mij anders, ik dacht anders en ik gedroeg mij anders als mijn andere leeftijdsgenootjes. Mijn hersenen werken anders als die van neurotypische mensen en daardoor werd ik onbegrepen en kon ik moeilijk aansluiting vinden. Later werd ik zelfs jarenlang gepest. Leeftijdsgenootjes vonden mij raar. Volwassenen vonden mij in hun plaats dan bijdehand. Ik deed ontzettend mijn best om er bij te horen en merk tot op vandaag de dag nog steeds dat ik zoveel mogelijk neurotypische gedrag probeer te kopiëren om maar niet op te vallen. Ik had voor mijn gevoel weinig controle over het leven en ik begreep er ook weinig van. Waarom ging alles zo moeizaam en waarom begreep ik andere mensen niet en zij mij niet? Het maakte mij angstig. Angstig voor de wereld waarin alles zoveel sneller ging dan dat ik kon bijhouden en verwerken. Waarin alles zo hard en intens binnenkwam. Gelukkig had en heb ik thuis een mega fijne en supportende situatie waar ik altijd op terug kan vallen en wat mij destijds op de been hield. Toch had het er niet bij horen, gepest worden en altijd maar kopiëren van gedrag om nog enigszins op de been te blijven wel zijn tol geeist. Mega vermoeiend en niet vol te houden natuurlijk. Ik begon veel uit te vallen op school. Dat kwam ook een groot deel door het pesten, omdat ik simpelweg niet meer naar school durfde, maar ik had ook geen energie meer. Al die prikkels die ik de hele dag door aan het wegstoppen was om maar zo normaal mogelijk over te komen moesten er immers toch een keertje uit. Langzaam begon ik helemaal de controle te verliezen al hield ik het nog steeds vol. Dat heb ik naar mijn eigen inziens alleen maar te danken aan mijn fijne thuis. Mijn thuis die overigens ook mijn enige veilige plek bleek te zijn. Toch verloor ik halverwege mijn tienerjaren volledig te controle. Ik werd meerdere malen slachtoffer van seksueel misbruik. Verkrachting. Voor mijn gevoel verloor ik nu alle controle. Niet alleen over het leven, maar ook over mijn eigen lichaam. Ik kreeg een post traumatische stress stoornis en durfde mijn huis niet meer uit. Ik voelde zoveel dingen die ik niet wilde voelen en het bleef mij overspoelen. Ik wilde de controle terug en ging opzoek naar een manier waarop ik dat kon bereiken. Deze dacht ik te hebben gevonden in mijn eetstoornis. Ik had dat zelf helemaal niet door. Door minder te eten werd ik vlakker, gevoellozer, waardoor ik niet hoefde te voelen en mijn emoties kon reguleren. Misschien wilde ik ook wel verdwijnen in de eetstoornis. Achteraf kan ik zeggen dat de eetstoornis al eerder is ontstaan door eerdere trauma’s uit mijn jeugd, maar dit was de druppel die de emmer deed overlopen. Langzaam ging de eetstoornis in mij op. Jarenlang ging dat onopgemerkt door. Pas toen ik zo weinig energie had dat ik moest stoppen met datgene wat ik het liefste deed, wielrennen, begon het op te vallen. Niemand had twijfel gehad daarvoor. Ik deed immers aan topsport en daar moet je ook fit voor zijn. Sporten was jarenlang mijn manier van compensatie, dus toen dat wegviel kwam daar braken voor in de plaats. Snel ging ik lichamelijk achteruit en werd mijn eetstoornis erkend. Zelf wisten wij thuis al langer dat er iets aan de hand was, maar ik werd pas serieus genomen toen ik zichtbaar ondergewicht had. Pas jaren later dus. Mijn eetstoornis was echt een sluipmoordenaar kan ik wel stellen. Ik wist gelijk dat ik een serieus probleem had, maar was er nog niet gelijk aan toe om ook echt te willen herstellen. Ondanks dat wilde ik wel gelijk in behandeling.